Katten leven al duizenden jaren samen met mensen. Ze geven ons niet alleen gezelschap met hun geruststellende spinnen, maar laten ons ook lachen met hun grappige capriolen. Maar wat zegt de wetenschap eigenlijk – zijn katten goed voor onze gezondheid?
Het houden van een kat kan verrassende effecten hebben op onze fysieke en mentale gezondheid, maar het brengt ook risico’s met zich mee.
Een deel van de familie Katten zijn vaak meer dan alleen huisdieren. Uit een studie onder 1.800 Nederlandse katteneigenaren bleek dat de helft hun kat als familie beschouwt. Een op de drie zag hun kat zelfs als kind of beste vriend. Katten kunnen ook menselijke interacties herkennen, zoals wanneer we tegen hen praten in plaats van tegen een ander mens.
Gezondheidsvoordelen Katten kunnen een positieve invloed hebben op ons welzijn. Katteneigenaren hebben bijvoorbeeld een lager risico op hart- en vaatziekten, zoals een beroerte of hartaanval. Dit verband is in meerdere studies aangetoond, hoewel er geen direct oorzakelijk verband is bewezen.
Daarnaast kan het verzorgen van een kat bijdragen aan een gevoel van doelgerichtheid en sociale verbondenheid. Dit is vooral waardevol voor mensen die anders misschien geïsoleerd zouden raken.
Risico’s voor de gezondheid Toch zijn er ook nadelen aan het hebben van een kat. Katten kunnen bijvoorbeeld toxoplasmose overdragen, een parasiet die vooral gevaarlijk is voor zwangere vrouwen en mensen met een verzwakt immuunsysteem. Verder kunnen katten allergieën veroorzaken bij mensen, met symptomen als niezen, jeukende ogen en ademhalingsproblemen.
Ondanks deze risico’s biedt het hebben van een kat veel troost en plezier. Zoals een katteneigenaar zei: “Mijn kat is de reden waarom ik elke ochtend opsta.”
Bron: Susan Hazel, Associate Professor, School of Animal and Veterinary Science, University of Adelaide. Artikel herschreven met behulp van AI.
Foto door Ihsan Adityawarman